Ton Eikenaar nam afscheid van de Gaarshof en SMO Breda

"Het was een hele enerverende rijke tijd"

Per 1 mei is directeur Ton Eikenaar officieel met de VUTen uit dienst bij de Stichting Maatschappelijke Opvang Breda, waaronder ook De Gaarshof in Baarle hoort. Op 7 en 8 april nam hij als directeur afscheid van bewoners, medewerkers en relaties. "Het was een hele enerverende rijke tijd" zegt hij terugblikkend op 24 jaar maatschappelijk werk waarvan de laatste jaren als directeur. "Als je ziet wat er allemaal naar de receptie gekomen was. De maatschappelijke opvang betekent iets. Van een naar binnen toe gekeerde organisatie is het een naar buiten gekeerde geworden, met een heel pakket aan voorzieningen." Het deed hem duidelijk goed en hij heeft genoten van het afscheid. Over wat daarna komt denkt hij nog na. "Praten was het grootste deel van mijn werk. Je ziet de mensen niet meer, je spreekt ze niet meer, in die zin wordt het stil. Dat is de andere kant van de medaille." 

door Jeanny Wouters©

"Het was mijn wens om niet al te officieel afscheid te nemen. Als het maar gezellig is. En dat was het!" Hij glimt nog als hij eraan terugdenkt. "Ik heb ook heel veel post ontvangen van mensen die verhinderd waren. Broeder Ulrich bijvoorbeeld, daarvan heb ik een fraaie kan gekregen waarop de kapel staat afgebeeld. Die bracht broeder Pascalis mee." Heel veel collega's en oud collega's kwamen hem de hand drukken donderdag op Schaluinen. Maar ook de dag ervoor, op de Gaarshof, genoot Ton Eikenaar. "Dat was heel bijzonder" zegt hij uit de grond van zijn hart. "Een groot drieluik hadden ze gemaakt, met alle foto's van bewoners en een gedicht erbij van de bewonersraad. Er waren bewoners die een woordje deden, er werd muziek gemaakt, ze kwamen met geschenkjes, briefjes, gedichten. En als klap op de vuurpijl John Schouten, als broeder Trapetoni. Die voerde een act op, nou ik lag dubbel van het lachen."

Maatschappelijk werk

Op 1 augustus 1980 kwam Ton Eikenaar in dienst van De Gaarshof, als maatschappelijk werker. Daarvoor had hij twee jaar als teamleider gewerkt bij het RIAGG op dependance Waalwijk, zes jaar bij een medisch opvoedkundig bureau en een paar jaar bij de GGD Rotterdam, afdeling jeugdpsychiatrie. Direct na zijn studie begon hij bij de Van de Hoeve kliniek, de TBS kliniek in Utrecht waar hij een jaar werkte. Over zijn sollicitatie bij de Gaarshof destijds zegt hij: "We woonden al in Baarle-Nassau toe ik de advertentie zag waarin ze een maatschappelijk werker zochten met ervaring in groepswerk. Qua opleiding sloot het aan, maar iedereen zei: 'wat ga je daar toch doen?' In die tijd wilde iedereen therapeut worden. Ik was ook in opleiding voor Gestalt therapeut. Maar De Gaarshof, dat was veel basaler, gewoner, niet zo spectaculair." De opleiding maakte hij af, maar hij ging wel werken bij De Gaarshof. "Het groepswerk, dat sprak me aan. Ik werd van meet af aan gegrepen door de individuele geschiedenis van de mensen, waarom ze daar zaten, waar ze vandaan kwamen, of ze perspectief hadden. Mensen bij De Gaarshof zijn vastgelopen in de maatschappij en zijn eindelijk op een plek waar ze kunnen blijven. Sommige mensen reageren op problemen door hun rug naar de maatschappij te keren, die vereenzamen. Anderen gaan verkeerde groepen opzoeken, komen in criminaliteit en verslaving terecht. Sommige mensen waren de hulpverlening ook beu, wilden geen therapie. Maar ze hadden wel psychiatrische klachten. Hoe moet je dan verder?" Gedreven vertelt Ton Eikenaar zijn verhaal, en gaat daarbij steeds dieper in op de materie, op het wezen van het maatschappelijk werk. "Als ze zeggen: 'ik heb hier mijn thuis gevonden', dan heb je al wat bereikt. Gewone basale dingen in het leven zoals veiligheid, een dak boven je hoofd, rust. De Gaarshof biedt een prikkelarme, rustige omgeving. Mensen komen hier tot rust, functioneren hier goed. Dan willen hulpverleners graag een stapje verder. Maar wij zeggen: helpen met je handen op je rug! Het is per individu anders. Soms gaat het goed met iemand, maar dan besluit je toch het te laten zoals het is. Bij een ander heb je de indruk dat er meer mogelijkheden, talenten zijn. Dan ga je met die bewoner een praatje maken, uitdagen en uitnodigen tot een stapje verder. Dat is verschillend. De Gaarshof is geen therapeutisch instituut; het is een huis waar gewoond wordt. Je denkt zelf thuis ook niet, ik moet hier over een half jaar weg."

Directeur

In 1992 werd Ton Eikenaar directeur bij De Gaarshof waar toen al een aantal andere Bredase stichtingen die zich met maatschappelijke opvang bezighielden bij hoorden. Zoals dag- en nachtopvang 't IJ, kringloopbedrijf 't Opstapje en het huiskamerproject. Ook van die stichtingen werd hij directeur. In 2003 was sprake van een grote fusie, werden alle organisaties in de regio die zich met maatschappelijke opvang bezighielden ondergebracht bij de Stichting Maatschappelijke Opvang Breda. Terugkijkend noemt Eikenaar dat als een van de hoogtepunten, het feit dat men erin slaagde te fuseren met elkaar. Nachtopvang 't IJ groeide van 6 naar 27 plaatsen, de dagopvang biedt nu plaats aan 80 tot 100 personen. Weideveld kwam erbij als nieuw project, de nieuwe werkplaats die in 1993 geopend werd bij De Gaarshof. En tot slot de samenwerking met Oranjehaeve, een verrijking die de kwaliteit van zorg ten behoeve van de bewoners alleen maar beter maakt. "Dat wij als instelling op de kaart staan, in het hele netwerk van hulpverleningsinstellingen. Landelijk nemen we een bepaalde positie in, de televisie weet ons te vinden en niet alleen bij calamiteiten, ook voor documentaires."

Problemen

De problemen met nachtopvang 't IJ, de tenten die geplaatst werden toen er te weinig plaats was en het buiten te koud werd voor de daklozen. Het feit dat er conflicten ontstonden omdat de daklozen het tentenkamp niet wilden ontruimen. Ton Eikenaar kijkt er niet negatief op terug. "Het heeft wel gezorgd voor een doorbraak. Dat geldt ook voor de problematiek bij de gebruikersruimte en de dagopvang. Er was een 'laisser-faire laisser- passer' cultuur ontstaan in de gebruikersruimte, bij gebrek aan leiding. Iedereen werd toegelaten, er was geen structuur, er was sprake van een onveilige situatie, terwijl de bedoeling van die ruimte juist is om ernstig verslaafden veilige en humane omstandigheden te bieden om drugs te gebruiken. Dan kunnen er relaties gelegd worden, contacten, om mogelijkerwijs weer iets op te bouwen. De voordeur is bij zo'n gebruikersruimte belangrijk: wie laat je binnen. Het beleid is veranderd, een dealer kan er nu niet meer binnen, jongeren ook niet. Criminaliteit, wapens, uitgesloten. Daarnaast functioneert de dagopvang, maatschappelijke opvang waar mensen hun verhaal kwijt kunnen, aandacht krijgen. De voordeur stond wagenwijd open en dat hebben we een halt toegezegd. Het is veiliger, overzichtelijker geworden. Het was een pijnlijke ingreep, medewerkers uit de oude cultuur hebben hun congé gehad. Toen is de situatie ontstaan dat de boel kort en klein werd geslagen. Ik zie dat als een geboortestuip in de fase naar verbetering toe. We hebben het gedaan in nauwe samenwerking met de politie en gemeente, er zijn prima afspraken over gemaakt. Het was een lastige kwestie, helaas aan het eind van m'n carrière. Maar ik ben blij dat die doorbraak nog is gerealiseerd. Niet ik heb dat gedaan, maar de mensen samen. Ik heb een rol op de achtergrond gespeeld. Het zit nu duidelijk in de lift, dat hoor ik ook van medewerkers. Het werken onder die omstandigheden, zoals voorheen, met bedreigingen en dergelijke, dat is geen kattenpis." Over de huidige dagopvang zegt hij: "iedereen is welkom, als je je maar aan de huisregels houdt. In de dagopvang mag niet gebruikt worden, daar is de gebruikersruimte voor. De handhaving van de regels is strikt en de medewerkers weten zich gesteund door collega's en de politie geeft hen rugdekking. Het is jammer dat al die calamiteiten, die incidenten, dat daar al die aandacht naar uit gaat in de media. Dat ene deel van de organisatie wordt belicht, waar het slecht gaat. Waar 't er gewoon rustig aan toe gaat, daar is geen aandacht voor!"

Loslaten

Zijn opvolgster per 1 april is Lieke Looymans. Zij komt vanuit een agogisch zorgcentrum in Zeeland en is door Ton Eikenaar ruimschoots ingewerkt. Nu is het voor hem een kwestie van loslaten. Zal dat lukken? "Het is heel moeilijk" geeft hij ruimhartig toe. "Ik heb hier wel heel bewust voor gekozen. zit 24 jaar in dit werk, vanaf '92 als directeur in een groeiende organisatie. Ik heb de eindstreep gehaald, daarmee doel ik op de fusie. Met anderen, dat zeg ik met nadruk. Het is goed dat je dan het stokje overgeeft, nieuw bloed in de organisatie laat, verjonging." Voor zichzelf heeft hij besloten eerst tijd en afstand te nemen van het werk. Al zijn activiteiten in commissies waren werkgerelateerde en die heeft hij overgedragen aan zijn opvolgster. Hij is al door diverse mensen benaderd voor tal van activiteiten maar houdt dit bewust nog even af. "De eerste afkickverschijnselen krijg je wel, mijn hoofd staat nog naar werk. Wat zullen ze nu aan het doen zijn?" Maar zich vervelen, nee dat nog niet. In de tuin is nog genoeg te doen, zijn oudste zoon gaat trouwen, hij gaat nog op reis. Hij houdt van muziek en sport. "Over een tijdje ga ik links en rechts wel stekken steken. Als ik zou willen is er genoeg te doen. Ik wacht het allemaal maar eens even af!"

Foto's: Baarlenaar Ton Eikenaar nam afscheid van bewoners van De Gaarshof op 7 april.

Op 8 april nam Ton Eikenaar afscheid van collega's, medewerkers en relaties.

Naar boven

Terug naar interviews